OVUR


Oriënteren


  • Wat weet ik al over een schuifmaat?

Weet ik hoe ze eruit ziet?

Heb ik een schuifmaat?

Waarvoor wordt een schuifmaat gebruikt?

Is het een betrouwbaar meetinstrument (kwalititeitsvol)?

 

  • Wat is het doel van de opdracht?

Het doel van een schuifmaat kunnen toelichten

De verschillende onderdelen kunnen toelichten en hun samenwerkingsverband

Een meetprodecure uitvoeren

Meetfouten herkennen

Meetfouten kunnen vermijden

Een schuifmaat kunnen onderhouden

 

  • Wat wordt er van mij verwacht?

Dat ik een persoonlijke schuifmaat meebreng

Dat ik weet hoe een schuifmaat werkt

Dat ik de onderdelen kan duiden en hun samenhang

Dat ik zelfstandig een meting kan uitvoeren

Dat ik meetfouten kan detecteren

Dat ik weet welke de oorsprong is van een meetfout

Dat ik een meetfout kan vermijden

Dat ik mijn schuifmaat kan onderhouden


Verkennen


  • Hoe pak ik dit aan?

Welke schuifmaat heb ik nodig?

Welke afleesschaal is voor mij van toepassing?

Welke procedure moet ik volgen?

Welke meethouding is voor mij van toepassing?

Welke onderhoudsproducten moet ik meebrengen?

 

  • Welke stappen volg ik?

Hoe verschillen de meetprocedures van elkaar, zijn er gelijkenissen?

Welke meetfouten kom ik vaak tegen?

Hoe kan ik deze meetfouten vermijden?

 

  • Wat heb ik nodig?

Om mijn meetprocedure vlot te laten verlopen?

Om mijn meetgereedschap te reinigen?

Om mijn meetgereedschap te smeren?

 

  • Hoevel tijd heb ik hiervoor?

Duur van lestijd is voorzien op 2 uur TV/PV


Uitvoeren


  • Ik voer de opdracht uit

Ik lees eerst de beschrijving en ga nadien aan het werk

  • Ik volg het meetproces

Afhankelijk van de opdracht kies ik voor de juiste meetpositie

  • Ik werk nauwkeuring

Ik controleer op meetjuistheid en controleer mezelf op meetfouten

  • Ik let op hoofd- en bijzaken

De hoofzaken is in dit onderdeel de meetjuisheid en de controle van de uitgevoerde meting.

  • Klopt mijn planning?

Ik hou de klok in de gaten bij tijdsgerlateerdeopdrachten.


Reflecteren


  • Ik kijk mijn opdracht na

Ik controleer bij elke opdracht of het gevraagde in overeenstemming is met mijn antwoorden of handelingen.

 

  • Is het volledig en juist uitgevoerd?

Zijn mijn antwoorden duidelijk en compleet geformuleerd?

 

  • Wat heb ik geleerd?

Ken ik het doel?

Ken ik de onderdelen?

Kan ik een goede meting uitvoeren?

Kan ik meetfouten corrigeren?

Kan ik mijn meetgereedschap Onderhouden?

 

  • Wat kan er beter?

Zijn mijn metingen betrouwbaar?

Welke metingen gaan goed? Welke moeten beter?

Heb ik een juiste meethouding?

 

  • Waar wil ik nog in groeien?

Kennis van het gebruik van het meetgereedschap?

Kennis van meetprocedures?

Kennis van meetfouten?

Uitvoeren van metingen?

Controleren van metingen?

Aflezen van metingen?

Mijn gereedschap onderhouden?